Cursus: Stageopleiders Informatie | Start

  • Algemene


    • INFORMATIE STAGEOPLEIDERS STRUCTUUR VAN DE OPLEIDING

    • De opleiding tot huisarts duurt drie jaar en heeft een duaal karakter. In een vaste groep volgt de aios een dag per week theoretisch onderwijs op het instituut (terugkomdag). Het curriculum van deze terugkomdagen is gebaseerd op de inhoud beschreven in het Landelijk Opleidingplan. Zowel in het eerste als in het derde jaar van de opleiding is de aios werkzaam in een huisartsenpraktijk onder begeleiding van een ervaren huisartsopleider. 

      In het tweede jaar volgt de aios, een klinische stage spoedeisende hulp, een stage in een CZ-instelling en in een GGZ-instelling, tenzij de aios vrijstelling voor een van deze deelgebieden heeft, vanwege voorervaring. Afhankelijk van de verkregen vrijstelling kan het tweede jaar in kortere tijd worden doorlopen. 

      De stages in het tweede jaar van de huisartsopleiding zijn gericht op het versterken van de competenties bij aios die in de huisartspraktijk beperkt leerbaar en/of toepasbaar zijn doordat specifieke aandoeningen daar minder voorkomen. In de rol van stageopleider bied je de aios de gelegenheid om competenties te verbeteren, lacunes aan te vullen en zich te bekwamen in de samenwerking met andere disciplines. 

      Contactgegevens staan vermeld in de linkerkolom, die verschijnt als u op de rode tab met de drie puntjes drukt.

      De doelen van de tweedejaars stages 

      • Verbreden en verdiepen van klinische competenties
      • Zicht krijgen op mogelijkheden en beperkingen van de specialistische geneeskunde voor de individuele patiënt
      • Zicht krijgen op de factoren die van belang zijn voor een goede samenwerking tussen de huisarts en andere specialistische zorgaanbieders

    • Taken stageopleider 
      Belangrijke verantwoordelijkheden van de stageopleider zijn: 
      • Een goed georganiseerde stage: een kennismakingsgesprek 6 weken voorafgaand aan de stage. Opvang, introductie bij aanvang van de stage gevolgd door een goede inwerkperiode. 
      • Zorg voor een positief opleidingsklimaat met veilige werk- en leeromgeving voor de aios. Duidelijke afspraken over supervisie, roostering en vervanging van de supervisie tijdens afwezigheid van de opleider. 
      • Zorg voor een actueel stageleerwerkplan. 
      • Goede, duidelijke werk- en leerbegeleiding: de aios beoordelen en in staat zijn tot het geven van constructieve feedback. Bereidheid van de stageopleider tot didactische ontwikkeling. Participatie aan het door de huisartsopleiding aangeboden onderwijs voor stageopleiders. 
      • De stageopleider bewaakt het leerproces met behulp van door de opleiding verstrekte instrumenten en documenten: 
      - een tussenbeoordelingsgesprek 
      - de ComBel en Korte Praktijk Beoordelingen (KPB) 
      - feedback wanneer dat nodig is, zo vaak als nodig is 
      - een eindbeoordelingsgesprek en stagebeoordeling door de aios 
      Stageleerwerkplan 

      Het stageleerwerkplan (SLWP) is het door de stageopleider opgestelde document waarin informatie wordt gegeven over de stage. Het stageleerwerkplan geeft de aios huisartsgeneeskunde inzicht in de mogelijkheden van een stageplek en in de manier waarop de opleiders het leren georganiseerd hebben. Het Leerwerkplan helpt aios bij het kiezen van een passende stage. Het is een praktisch hulpmiddel voor de stageopleiders, de aios en het opleidingsinstituut. 

      Daarnaast is de beschikbaarheid van een leerwerkplan een voorwaarde om erkend te worden en te blijven door de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS). Het SLWP is voor alle aios (per stagesoort) te raadplegen op ELO. 

      Onderwijs voor stageopleiders 

      Het onderwijs voor stageopleiders bij Huisartsopleiding Utrecht bestaat uit: 

      • introductiemiddag voor nieuwe stageopleiders; stageopleiders maken kennis met de basisbeginselen: het leergesprek, Individueel Opleidingsplan (IOP), feedback geven en gebruik van de ComBel. 
      • de jaarlijkse scholingsdagen voor (stage)opleiders: diverse modules zijn te volgen voor stageopleiders. 
      • stageopleidersterugkomdagen, twee middagen per jaar: onderwijsinhoudelijke onderwerpen en opleidersvaardigheden. 

      Het onderwijs voor stageopleiders is enerzijds gericht op het versterken van didactische competenties en het begeleiden en beoordelen van aios en anderzijds gericht op het delen van opleidingservaring met collega-stageopleiders. 

      Stageopleiders worden hier via mail of in de stageopleidersnieuwsbrief over geïnformeerd en voor uitgenodigd. Deelname wordt ten zeerste aangeraden en is kosteloos. 

      Afwezigheid stageopleider 

      Sommige stageopleiders zijn voor korte of langere tijd afwezig. Denk aan ziekte, zwangerschap, een lange vakantie (> 3 weken) of om andere redenen. Dit heeft consequenties voor de erkenning van de stageplaats en daarmee de geldigheid van de stage van de aios. Wij vragen de aios en stageopleiders daarom om de stageplanner jaar 2 (S.M.vanHonk@umcutrecht.nl) zowel bij verwachte als onverwachte afwezigheid van de stageopleider zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen. Als wij dit tijdig weten kan de procedure voor een waarnemend of een nieuw te erkennen stageopleider worden gestart. 

      Om problemen bij langdurige uitval van een stageopleider zoveel mogelijk te voorkomen is het streven om twee RGS-erkende stageopleiders per stageplaats te hebben (duo-stageopleiderschap). 

      Route bij conflicten 

      Om een stageperiode goed en zinvol te laten verlopen zijn een werkbaar leerklimaat en een goede samenwerking van groot belang. Er kan wrijving optreden. Het is in eerste instantie een gelegenheid om van te leren en de samenwerking tussen stageopleider en aios te verbeteren. 

      Bij een conflict tussen de aios en de stageopleider dat te maken heeft met de opleiding (conflict in de opleidingssfeer), wordt eerst door de direct betrokkenen (driehoek: aios, stageopleider en docenten) een poging gedaan het conflict op te lossen. Indien de direct betrokkenen niet tot een aanvaardbare oplossing kunnen komen, wordt het conflict voorgelegd aan de manager opleiding jaar 2. Bij een probleem tussen de aios en de stageopleider dat uitsluitend de persoonlijke verhouding betreft (conflict in de persoonlijke sfeer) met consequenties voor de werk-, samenwerking- of opleidingsverhoudingen, wordt eerst door de direct betrokkenen (aios en stageopleider) een poging gedaan het probleem op te lossen. Indien zij niet tot een aanvaardbare oplossing kunnen komen, is het aanspreekpunt voor de stageopleider de manager opleiding jaar 2 en voor de aios de docenten.




                                                                                                                                                                                                                   (november 2023 - Miemke Rijksen en Ingrid Vermeulen)

      Erkenning, regelgeving en kwaliteit

      Aios dienen hun stages te hebben gevolgd bij RGS-erkende stageopleider op een RGS-erkende stageplek. Informatie omtrent regelgeving en erkenning is te vinden in het kaderbesluit CGS: 

      Kaderbesluit CGS 2020; kwaliteitskader cluster 1: Specialismen | KNMG en het instituutsreglement  laatst gezien 1/07/2023

      Zowel de stageopleider als de stageplek moeten erkend zijn. Een erkenning van een stageopleider geldt alleen voor één stageplek en kan dus niet worden meegenomen naar een andere werkplek. Bij instellingen die onder een koepelerkenning vallen kunnen opleiders wel binnen de koepel van locatie wisselen zonder dat de erkenning in gevaar komt. 

      Om stageopleider te worden geldt de volgende procedure:

      • U neemt contact op met een van de stagecoördinatoren (zei contactgegevens in de linkerkolom, die verschijnt als u op de rode tab met de drie puntjes drukt) om een telefonisch kennismakingsgesprek in de te plannen;
      • Als tijdens dit kennismakingsgesprek overeengekomen wordt om een samenwerking te starten, ontvangt u de overeenkomst met de Huisartstoplelding Utrecht ter ondertekening;
      • Als wij de ondertekende overeenkomst retour ontvangen hebben, zal deze (na ondertekening door het hoofd van Huisartsopleiding Utrecht) naar de RGS gestuurd worden. De aanvraag tot erkenning is hiermee in gang gezet.

      Het doorlopen van het aanmeldingstraject (van het tonen van interesse tot het echt kunnen starten) neemt gemiddeld een maand in beslag. Dit is mede afhankelijk van de snelheid waarmee de stage-instelling of stageopleider de toegezonden formulieren aan ons retourneert. Tot uw erkenning geregeld is kunt u wel aios begeleiden, maar alleen onder supervisie van de erkende opleider.


      Stagebezoek

      Voor het monitoren van de kwaliteit van de stage worden periodiek stagebezoeken gepland. De belangrijkste doelen van het stagebezoek zijn: 

      • het bevorderen van een goede relatie tussen de stageplek en het opleidingsinstituut en het afstemmen van verwachtingen
      • het bewaken en waar mogelijk verbeteren van de kwaliteit van de stageplek
      • het bieden van een aanspreekpunt voor stageopleiders bij signalen of klachten. 

      Tijdens het stagebezoek worden ook de online ingevulde evaluatie van de aios, feedback van aios tijdens de terugkomdag en feedback van docenten besproken. Als er opvallende punten naar voren komen uit de feedback van aios of docenten, dan is de stagecoördinator verantwoordelijk voor de opvolging daarvan. De feedback en signalen worden besproken, wat kan leiden tot vernieuwde leer- en werkafspraken. 

      Toewijzing en indeling stageplekken (matching) De matchingsprocedure is een ingewikkeld proces, omgeven met regels. De tweedejaarsstages starten vier keer per jaar op 1 maart, 1 juni, 1 september en 1 december. De stageplanner maakt de indeling. Eindverantwoordelijk voor de definitieve indeling is de manager opleiding van het tweede jaar.

      De basis van ons toetsen en beoordelen is de samenwerking in de driehoek aios – (stage)opleider – docent: de drie partijen die betrokken zijn de bij de opleiding van een aios. Indien de stageopleider bij twijfel over of onvoldoende functioneren van de aios de behoefte voelt om te overleggen, is laagdrempelig contact met de docenten te allen tijde mogelijk. Ook het voeren van een driegesprek behoort dan altijd tot de mogelijkheid.

      E-portfolio 

      Tijdens de opleiding wordt gebruik gemaakt van het e-portfolio om de beoordelingen en ontwikkeling van een aios vast te leggen. Een overzicht van alle toets- en beoordelingsmomenten tijdens de tweedejaarsstages is hier te vinden, de belangrijkste lichten we hieronder uit. 

      Beoordelingsgesprekken 

      Tijdens elke stage heeft een aios halverwege de stage een tussenbeoordelingsgesprek en aan het einde van de stage een eindbeoordelingsgesprek met de stageopleider. In dit gesprek geeft de stageopleider een oordeel over de professionele vorderingen van de aios. Dit betreft de competenties horend bij de volgende taakgebieden: vakinhoudelijk handelen, arts-patiënt communicatie, samenwerken en organiseren en professionaliteit. Bij de onderbouwing van het oordeel gebruikt de stagebegeleider o.a. de ComBel en de KPB’s. Daarna vindt er een eindbeoordelingsgesprek tussen de aios en de docenten plaats. 

      Bij voortgangsproblemen vindt, bij voorkeur, het voortgangsgesprek plaats met aios, stageopleider en docenten. Dit gesprek kan ook online plaatsvinden. 

      Korte Praktijk Beoordeling (KPB) 

      Een KPB (Korte Praktijk Beoordeling) is een formulier waarop een beoordelaar feedback geeft op een geobserveerde situatie in de praktijk. KPB’s geven een indruk van het functioneren van de aios op de stage. 

      De stageopleider is verantwoordelijk voor het scheppen van voorwaarden en voor het uitvoeren van de KPB, expliciteert wie de KBP af mag nemen en draagt er zorg voor dat diegene voldoende competent is. Dat kan de stageopleider zelf zijn, of een collega, al dan niet van een andere discipline. Daarnaast zorgt de stageopleider dat er ruimte in het rooster is om KPB’s af te kunnen nemen. Iedere maand dienen tenminste twee KPB’s te worden afgenomen.

      Competentie Beoordeling Lijst (ComBel)

      De ComBel is een instrument waarmee stageopleiders (op een gestructureerde manier) een oordeel geven over de mate waarin de aios bepaalde competenties beheerst, in relatie tot het stadium van zijn/haar opleiding. De ComBeL omvat competenties uit de zeven taakgebieden van het Competentieprofiel van de huisarts. 

      De ComBeL wordt voorafgaand aan ieder beoordelingsgesprek ingevuld door de aios en stageopleider op basis van observatie en andere informatie over het functioneren van de aios gedurende de maanden vóór het gesprek. De uitkomsten van de ComBeL worden gebruikt ter onderbouwing van het advies omtrent de geschiktheid van de aios om de opleiding voort te zetten. 

      Voortgangsproblemen

      Bij twijfel over het functioneren van de aios adviseren wij de stageopleider om contact op te nemen met de docenten voor overleg. Zodra de stageopleider van mening is dat de aios onvoldoende functioneert en dit functioneren mogelijk niet binnen de huidige stageperiode zal verbeteren, bespreekt de stageopleider dit met de aios. Tevens neemt de stageopleider contact op met de docenten. Het is nadrukkelijk niet wenselijk om deze situatie te laten voortbestaan en het oordeel pas bij de eindbeoordeling aan de aios zelf of de docenten te melden. De manager opleiding jaar 2 wordt indien nodig betrokken.